Remco Andersen | de Volkskrant | 3 februari 2020
Wie cabaretier en zelfverklaard adhd-patiënt Jochem Myjer ooit het buitengewoon intense ‘wak-wak-wakker worden!’-liedje voor zijn moeder heeft horen zingen, weet dat dat geen zacht begin van de dag is. Impresario Robert-Jan Veen (49) begint vrijwel elke werkdag met een telefoontje van Myjer. Dan heeft hij een recensie gelezen, of iets op sociale media, en wil hij even kletsen.
‘Het is een hele intelligente jongen, dus dat gaat heel snel’, zegt Veen. ‘Dan ben je wel klaarwakker.’
Veen runt De Keet BV, een van de jongste impresariaten van Nederland. De stal omvat zeven meer en minder bekende cabaretiers en acteurs, van wie Myjer – met 56 optredens in Carré in 2019 – de grootste is. De Keet boekt hun optredens, onderhoudt hun websites, zorgt voor hun belastingen, regelt televisieoptredens, matcht ze aan regisseurs of indien nodig een coach, zorgt voor technici, vergunningen, beeldmateriaal, houdt peptalks, is klankbord, schouder – indien nodig reikt Veen een zakdoekje aan.
Veen rolde het kleine wereldje van cabaretimpresario’s toevallig in, toen Bert Visscher – die hij kende van het zeilen – hem op een dag in 2003 vroeg om Jochem Myjer op te pikken voor een dagje gedrieën op het water. Veen, opgeleid als bedrijfseconoom, werkte op dat moment als manager special cargo bij Air France-KLM en had een puur hobbymatige liefde voor cabaret. Myjer stond aan het begin van zijn carrière en werd in de jaren daarop razend populair. Met de snelle groei kwamen vragen over financiën, contracten, personeelsproblemen.
‘Daar snapte Jochem allemaal niets van’, lacht Veen. ‘Zijn toenmalige impresario was 65, een lieve man maar gewend aan kleinschalige producties en aan het einde van zijn loopbaan. Dus Jochem begon mij steeds vaker te bellen; ik was een van de weinige mensen die hij kende in het bedrijfsleven. Eerst adviseerde ik hem, toen nam ik gesprekken met personeel over, in 2009 had ik genoeg van het bedrijfsleven en zei in een vlaag van verstandsverbijstering tegen Jochem: zullen we het samen gaan doen?’
Twee jaar later schaarde Veen zich met Myjer – inmiddels wereldberoemd in Nederland – en een andere aanwinst onder de paraplu van Hekwerk. Dat is het bedrijf van Youp van ’t Hek, een van de grote cabaretimpresariaten in Nederland. Die beslissing werd ingegeven door Veens eigen ambitie, zegt hij: hij wilde groeien, zijn netwerk uitbreiden – en Myjer vond het best. In 2018 besloot Veen voor zichzelf te beginnen. Zes artiesten die hij eerder onder de vlag van Hekwerk begeleidde, gingen met hem mee.
Daaronder behalve Myjer ook Diederik Ebbinge en Henry van Loon, die vorig jaar met de televisieserie De Luizenmoeder miljoenen kijkers trokken en nu met twee anderen de zondagse satirische talkshow Promenade maken. Vanuit een kleurrijk ‘ecosysteem’ van start-ups in een voormalig Shell-laboratorium in Amsterdam-Noord helpt Veen met drie medewerkers ‘zijn’ artiesten om hun carrière naar een nieuw vlak te tillen.
Hun succes is immers zijn succes. De artiesten hebben allemaal een eigen bedrijf – zzp of vof of bv – waarin hun verdiensten terechtkomen. De Keet krijgt een commissie. ‘Tussen de 10 en 15 procent van hun omzet’, zegt hij. Het impresariaat zelf groeit daarom in gelijke tred met het artistieke en financiële succes van zijn artiesten, en door jong talent binnen te halen. Dat is vooral een kwestie van persoonlijke contacten onderhouden en vertrouwen kweken, zegt Veen: ‘Een artiest is niet vatbaar voor financiële prikkels, die komt niet naar jou toe omdat je 2 procent minder commissie vraagt dan een ander.’
Dus is het netwerken geblazen. Veen werkt vijf dagen per week in zijn bedrijf en zit daar bovenop vier avonden in het theater om contacten warm te houden en talent te scouten. Het jongste resultaat is Jasper van der Veen (niet te verwarren met impresario Veen), die begin 2019 tekende bij De Keet en nu zijn eerste avondvullende voorstelling voorbereidt – de vuurproef voor aanstormende cabaretiers. Een ambitieuze grappenmaker begint met hier en daar een halfuurtje, wie talent heeft valt misschien een keer op bij het Groninger Studenten Cabaret Festival, of stoomt zelfs door naar het prestigieuzer Amsterdams Kleinkunst Festival, Cameretten of het Leids Cabaret Festival.
Direct nadat Van der Veen in februari vorig jaar de finale van dat laatste evenement won, beende impresario Veen op hem af. Binnenkort een kopje koffie doen?
‘Dan volgen meerdere gesprekken’, zegt Veen. ‘In zijn geval twee. Waar wil je heen in artistiek opzicht, wat zijn je ambities, hoe zit je persoonlijk in elkaar? Ik kijk of hij de druk aankan, wat zijn potentieel is, en of hij in artistiek opzicht bij ons past.’ De Keet biedt cabaret voor een groot publiek maar inhoudelijk van hoog niveau, zegt Veen, en Jasper van der Veen sluit daar goed bij aan.
Vervolgens gaat De Keet met de theaters in gesprek, met als resultaat dat de nieuwe aanwinst in september begint met try-outs, de laatste stap op weg naar een avondvullende voorstelling. Eind dit jaar of begin volgend jaar gaat de theatertour in première.
Al dat investeren in persoonlijke contacten en vertrouwen kost tijd, maar levert ook een stabiel bedrijf op: cabaretiers wisselen nauwelijks van impresario, zegt Veen. En met grote namen blijven inkomsten ook in tijden van economische tegenspoed komen. ‘Mensen gaan dan minder naar het theater, maar kiezen bewuster naar wie ze wél gaan.’
Door de lege gangen onder Theater de Veste in Delft schalt vrijdagavond het geronk van een sneeuwscooter, afgewisseld met automatisch geweervuur. Een halfuur voordat hij op moet, speelt cabaretier Henry van Loon de game Call of Duty met broer en lichttechnicus Patrick. Het ontspant, zegt hij, je bent even helemaal weg – heel wat beter dan voor de voorstelling een kwartier lang ijsberen in de coulissen, zoals hij vroeger deed.
Een van de belangrijkste taken van de impresario is de druk op de artiest in de perken houden. Vlak voor de voorstelling doet een videogame dat voor Van Loon, maar de rest van de tijd zorgt Veen ervoor. ‘Hij neemt niet alleen alles uit handen, maar functioneert ook als een soort schild en geweten’, zegt Van Loon. ‘Dan belt hij: trek je het nog, je agenda is behoorlijk vol, zullen we wat schuiven en tijd vrijmaken? Op Instagram krijg ik ontzettend veel verzoeken om op te treden op middelbare scholen. Daar kan ik niet allemaal ja op zeggen. Dat hoef ik ook niet te doen; daar is De Keet voor.’
Kost het geen kapitalen, zo’n impresariaat? Van Loon glimlacht. ‘Voor wat ze allemaal doen, vind ik het een schijntje.’
Bedrijf Impresariaat De Keet BV Waar Amsterdam Sinds 1 nov 2018 Werknemers 4 (3,4 fte) Omzet 275.000 euro per jaar
We sturen je een mail als we werkelijk iets leuks te melden hebben over onze artiesten en de kaartverkoop.